Wednesday, December 20, 2006

Herman Brusselmans

A Christmas Carol


Bij mij in de buurt in Amsterdam zit een lesbobar. Agnes Kant bezoekt de tent regelmatig en vertelde mij dat ook die lesbo’s soms flink tegen elkaar tekeer kunnen gaan; een meisje had het gezicht van een ander open gehaald met een glas.

“Waar ging die ruzie over ?”, vroeg ik.
“Om een ander meisje,” zei ze.
“Jezus, wat is dit alles van een onvoorstelbare misère,” zei ik, “twee wijven die ruzie maken om een meisje. Ik zeg je, er gebeuren vreemde dingen.”

Agnes moest daarom lachen. “Er gebeuren nog vreemdere dingen,” zei ze, “wat denk je namelijk hiervan ? Femke Halsema en ik willen een kind adopteren !” Femke is haar vaste vriendin.

“Ja, en ?”, zei ik, “wat voor een ? Een jongen of een meisje ?”
“Een meisje natuurlijk,” zei Agnes, “een jongen zou niet erg logisch zijn.”
Daar dacht ik even over na. Ik kwam er niet direct uit. Trouwens, wat kan mij het schelen of lesbo’s alleen maar meisjes als kinderen willen ? Mocht iemand mijn mening willen horen, dan is het deze: lesbische trutten moeten nu en dan ‘ns goed in hun reet gebuffeld worden en voor de rest hun grote bek dichthouden.

Agnes vind ik nog wel te verdragen, maar Femke is een harlekijn eerste klas. Ze is niet alleen lid van Greenpeace (ze blaast de rubberboten op) maar ze maakt ook nog ‘ns haar eigen kaas. Geitenkaas uiteraard, je kan er gif op innemen. Ik was ooit eens op bezoek bij Femke en Agnes. Mijn vrouw was er vanwege haar werk niet en dus moest ik ofwel voor mezelf koken ofwel voedsel pakken waar ik het krijgen kon. Nou, dat laatste kon die dag dus bij Femke en Agnes. Een broodmaaltijd. Volkoren boterhammen met Femke’s zelfgemaakte geitenkaas. Ik heb een halve week mijn rectale zone binnenstebuiten gescheten. Het eerste wat mijn vrouw voor me kon betekenen toen ze thuiskwam was als de bliksem naar de apotheker hollen om een extra-large voorraad Imodium-pillen in te slaan.

"Tsjonge, wat heb jij gegeten ?", vroeg ze.
"Geitenkaas," zei ik.
"Van Femke ?", vroeg ze.
"Van wie anders ? Ik kan dat wijf nog wel 'ns...godverdomme"

Tijdens ziekte merk je dat je alleen bent, je leert je ware onverwoestbare ik kennen. Ik ga alleen naar de supermarkt om boodschappen in huis te halen. Ik luister alleen naar muziek, lees alleen boeken, alleen ga ik fietsen, ik ga alleen wandelen langs het strand, ik vraag me alleen maar of waarom ik hier ben, ik los alleen politieke problemen op of maak ze moeilijker, ik kijk alleen uit het raam of er nog een knappe dame of jongen voorbij komt, ik verlang alleen naar een perfecte relatie en weet alleen wel dat die niet bestaat. Voel ik mij alleen in de ogen van een ander leven ? Ik hou zo veel van mijzelf dat het waarde-oordeel van een ander of de afwijzing van een ander niet bepalend zijn voor mijn zelfwaarde (self esteem). Toch leef ik op als ik vermoed dat een ander van mij houdt of me mag…om me kan lachen. Ik ben alleen maar een mens. Je komt alleen, je leeft alleen, je sterft alleen.

No comments: