Ik
kan niet eens doen alsof ik voetbal interessant vind, maar mijn aandacht werd
onlangs toch getrokken door een deskundige op de radio. Het ging over de
zoektocht naar een nieuwe bondscoach. De kwestie was: Henk ten Cate of Dick
Advocaat.
De
deskundige zei: „Dick Advocaat is niet favoriet bij de spelers, maar als je
alles weglaat, dan is hij eigenlijk de ideale bondscoach, van iedereen die
beschikbaar is.”
Wat
bleef rondzingen was die achteloze tussenzin: „Als je alles weglaat.” Want ja,
inderdaad, als je alles weglaat, dan is Dick Advocaat het meest geschikt.
Het
lijkt me ook een heel handige bijzin voor sollicitatiegesprekken. „Waarom denkt
u zelf dat u geschikt bent voor deze functie?”
„Nou,
als je alles weglaat – zoals dat ik graag drink op de werkvloer en ik een
verleden heb met agressie, en ik mezelf ook niet echt een mensenmens vind – dan
ben ik wel echt geschikt. Maar dan moet je wel alles weglaten.”
„Oké,
nou, dan doen we dat.”
Wat
een vrijheid ineens. Ik denk dat weglaten ook in veel relaties een uitkomst zou
zijn. „Maar hou je nog wel echt van me?”
‘Als
je alles weglaat wel, ja.”
„Oké,
gelukkig maar, want soms denk ik…”
„Lieve
schat, dat moet je állemaal weglaten.”
Ondertussen
ging het gesprek door over de bondscoach. Maar waarom eigenlijk? Stel dat Dick
Advocaat het toch niet zou worden, dan zou je toch ieder ander kunnen nemen?
Hoe meer je bereid bent weg te laten, hoe geschikter iemand wordt. Ik vroeg me
af of ik zelf Hans van Breukelen eens op zou moeten bellen.
„Hou
je van voetbal?”
„Nee.”
„Ben
je een man?”
„Nee.”
„Heb
je leiderschapskwaliteiten?”
„Nee.”
„Heb
je zin in deze baan?”
„Nee.”
No comments:
Post a Comment