Thursday, November 8, 2007

Anil Ramdas: fighting for peace



Open, transparant, rechtvaardig, zo onafhankelijk mogelijk, goed gemotiveerd, democratisch, fair play, rechtszekerheid, gelijkheid, zie de algemene beginselen van behoorlijk bestuur op wipikedia. Als je daarmee rotzooit, dan gaat zich dat tegen je keren en val je te zijner tijd in je eigen stront.



Ramdas: gelijkspel


Een paar dagen geleden zag ik op de Surinaamse televisie een Iraanse film waarin de Abu Ghraib-gebeurtenis werd nagespeeld. De titel van de film ken ik niet, noch de maker, in de krant stond slechts: 22.30: Iraanse film.

De film werd niet vertoond op de enige moslimzender die Suriname rijk is, waar ze overdag ook de internationale editie van Al-Jazeera uitzenden, maar op een gewone, algemene commerciële zender. Keurig onderbroken door reclamespotjes, wat ook wel iets surrealistisch had. Op het ene moment zit je in de vreselijkste gruweldaden in de hel van het Midden-Oosten, op het andere moment kijk je naar de aanprijzing van huishoudelijke artikelen door een smetteloze Surinaamse mevrouw in een smetteloze keuken.

Maar die Iraanse film, die was verbazingwekkend goed gemaakt. De Iraakse gevangenen spraken echt een Arabische taal en de Amerikaanse militairen spraken echt Amerikaans. Realistisch gevoerde camera, snel gemonteerd als een Hollywood-thriller, met oorverdovende en ontredderende geluidseffecten.

Als ze zich maar meer daarop toelegden, het maken van films, was de helft van het probleem opgelost. De conflicten in die contreien hebben net zo goed te maken met godsdienst als met het duivelse oorkussen van de ledigheid.

Het verhaal ging over een geheim Amerikaans legercommando dat speciaal was gestuurd om gewone feestelijkheden en bruiloften in Irak te veranderen in bloedbaden, waardoor de onschuldige burgers, brave moslimmannen, genoodzaakt waren wraak te nemen. Wat wil je, met een propagandafilm, maar mijn cynisme sloeg toch om in ontsteltenis toen ik die nagespeelde Abu Ghraib scène zag. De camera zwiepte als een bezetene door de set, waardoor we niet te lang stil hoefden te staan bij de bijzonderheden van Arabische penissen. Alleen dat bleef ons bespaard, voor de rest was het een gruwelijke brok verdoemenis.

De scène van Lynndie England die de Iraakse gevangene als een hond voorttrok over de vloer bleef me haarscherp bij. De speelster leek niet erg op de echte Lynndie England, maar wat me in een flits bijbleef waren de rommel in de gang en de plastic tuinstoeltjes. Precies als op de foto die we zo goed kennen. (zie: http://commons.wikimedia.org/wiki/Category:Abu_Ghraib_prisoner_abuse)

Hoe gaat dat in z’n werk, vraag je je af: je komt als decorontwerper op de set, de belichters stellen de lampen op, de acteurs worden geschminkt, terwijl jij naar de foto kijkt en zegt: hier moeten de stoeltjes komen, en daar de vodden op de achtergrond, grijze, lichtgroene en roze vodden. Een werkelijk gekmakende overgang van feit naar fictie, en terug.

Maar dat kon onze decorontwerper natuurlijk alleen omdat iedereen goed bekend is met het feit: dat is niet zozeer de gebeurtenis in die gevangenis zelf, dat is de foto. De foto is het iconisch feit waar we niet omheen kunnen.

Dit brengt ons tot de veelgestelde vraag waarom die foto überhaupt genomen is. En wie die foto genomen heeft, want hij is qua kadrering en belichting tamelijk goed. De lange, brede gang vertelt ons iets over de omvang van het gebouw en daarmee over de omvang van de wreedheden.

Maar eerlijk is eerlijk, hoe vernederend het ook is wat Lynndie England doet, het is vooral kinderachtig. En juist daardoor wordt wat zij doet bijna metaforisch voor de totale omvang van het drama.

Kernvraag blijft waarom die foto genomen is. Pure stommiteit en arrogantie, is door sommigen gezegd, maar dat vind ik te makkelijk. Een betere verklaring is, dat met die foto een bloedbroederschap werd gesmeed. En zusterschap, moet ik zeggen. Die camera moeten we zien als de naald waarmee in de duim wordt geprikt, waarna dat druppeltje bloed met dat van de collegasoldaat voor het leven wordt vermengd.

Maar is dat niet vreemd, zoveel camaraderie? En dan nog in een van de meest hiërarchische organisaties die de mensheid kent, namelijk het leger? Dat is toch de reden waarom verstandige mensen nooit het leger in willen, dat aldoor maar salueren naar de meerderen, door hen worden uitgescholden en toegeblaft, dat is toch waar het meesterwerk van Stanley Kubrick, Full Metal Jacket, voor het grootste deel over gaat?

Maar mensen die niet zo slim zijn om een hartgrondige afkeer te hebben van dit soort hiërarchische structuren, merken al gauw dat er een cement bestaat tussen de lagen en rangen: vriendschap. Samen staan voor de zaak. Het is een vreemde liefde tussen de mannen en vrouwen in het leger: wel salueren, maar tegelijk ook bloedbroeders zijn, een warme band hebben met elkaar, waardoor eenlingen een hechte kudde gaan vormen.

Die warme band wordt niet alleen gesmeed door elkaar aan het front uit penibele situaties te redden, zoals de meeste romantische oorlogsfilms ons doen geloven, neem nou Saving Private Ryan; in een gevangenis, die de achterste linie van de oorlog vormt, wordt die warme band gesmeed ten koste van de laagsten in de oorlogshiërarchie, en dat is de krijgsgevangene, tegenwoordig terrorist geheten. Een beetje sarren en pesten. En de grens tussen pesten en folteren is flinterdun.

Weerzinwekkend allemaal, maar laatste vraag: waarom heeft die Iraanse filmer het met zoveel smaak nagebootst en gefilmd? Met zoveel plezier voor zijn vak, met zoveel enthousiasme en genoegen, dat ik als tv-kijker bijna over mijn nek ging? Dat klinkt als een interessante vraag, maar het antwoord is vrij mager: door de scène haarfijn en zorgvuldig na te bootsen, hadden de moslims hun grote gelijkmaker: wij folteren, u ook. De Clash of Civilizations is glashard bewezen.

Dat is wat we de folteraars van Abu Ghraib vooral moeten kwalijk nemen: niet dat ze de beest hebben uitgehangen, want dat doen kinderen op de speelplaats, vandalen in de slechte wijken en studenten tijdens ontgroeningsfeestjes ook. Nee, de Amerikaanse soldaten hebben in Abu Ghraib een historische gelijkmaker gecreëerd, en het zal in deze oorlog altijd 1-1 blijven. Met Abu Ghraib lijkt het spel voorlopig te zijn uitgespeeld.

ramdas@nrc.nl

No comments: