Friday, November 9, 2007

Algemene Beginselen Behoorlijk Bestuur ABBB

Wat zou Donner nu voor deugdelijke argumenten kunnen aandragen om dat ontslagrecht te wijzigen ? Ik wil mijn naam onder dat wetsvoorstel hebben ! Ik wil politiek scoren bij de werkgevers ! Ik wil eigenzinnig, eigenwijs en koppig, want dat waarderen de lieve, lieve, lieve mensen, de pvda dwars zitten en eruit halen wat erin zit. Applaus voor Donner ! Waardering voor Piet Hein ! Bijval voor PHD ! Ik wil mijn eigen protestantse "hard werkende" kaste begunstigen. Ik wil, ik wil, ik wil een banaan in mijn bil.

Veranderen om het veranderen. Veranderen omwille van de ijdelheid. Dat ontslagrecht nu is prima zoals het is, ik zou misschien nog iets meer aan gelijkheid tussen werknemer en werkgever willen doen en ervoor zorgen dat leidinggevenden en ministers zoals Donner minder betaald worden dan mensen die echt werken.

Hoewel, het lijkt me wel een K..baan, die bekendheid, de drukte, continu overleggen, net zo zwaar als burgemeester van Den Haag. Heerlijk, een rustig mens in een leunstoel te zijn, dat is mijn ambitie. De wereld blijft wel draaien.

Overigens is er geen enkel argument om dat ontslagrecht te wijzigen. Zelfs gehaaide en geslepen werkgevers werken allang via/met uitzendbureau's. Dat non argument van 200.000 mensen aan de slag. Ja, door er eerst 500.000 oude of minder presterende te ontslaan naar het grillige goed of slecht dunken van types als Cerfontaine, Donner, Rijkman Groenink, Koeman, Ten Cate. Dat mannenvolk met hun slurfjes halverwege.


Goed zeg, dat Wipikedia !!! Verschrijf wikipedia (kitesurf verleden).

De algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb's) behelzen in Nederland een aantal beginselen dat ontstaan is uit jurisprudentie om de gedragsregels van de overheid ten opzichte van de burger te regelen. Dit is het geval als de overheid een vergunning verleent, belasting heft of een verbintenis aangaat met bijvoorbeeld een BV. Voor 1994, toen de Algemene wet bestuursrecht in werking trad, waren de meeste beginselen niet vastgelegd in de wet. Door middel van jurisprudentie is de verhouding tussen de overheid en de burger verduidelijkt. Vanaf 1994 is een aantal beginselen gecodificeerd.


Onderscheid
Abbb's kunnen onderscheiden worden in formele beginselen en materiële beginselen.


Formele beginselen
De formele beginselen hebben betrekking op de procedure van totstandkoming van bestuursbesluiten. Iedere bevoegdheid van de overheid (inclusief die van lagere overheden zoals waterschappen, provincies, gemeentes) om besluiten te mogen maken moet terug te voeren zijn op bevoegdheid die door de formele wetgever is toebedeeld.

Voorbeelden zijn: zorgvuldigheidsbeginsel, motiveringsbeginsel, formele rechtszekerheidsbeginsel en het beginsel van fair play.

Zorgvuldigheidsbeginsel. De overheid moet een besluit zorgvuldig voorbereiden en nemen: correcte behandeling van de burger, zorgvuldig onderzoek naar de feiten en belangen, procedure goed volgen en deugdelijke besluitvorming (art. 3:2 Awb).
Motiveringsbeginsel. De overheid moet zijn besluiten goed motiveren: de feiten moeten kloppen en de motivering moet logisch en begrijpelijk zijn (art. 3:46 Awb).
Rechtszekerheidsbeginsel. De overheid moet zijn besluiten zó formuleren dat de burger precies weet waar hij aan toe is of wat de overheid van hem verlangt. Bovendien moet de overheid de geldende rechtsregels juist en consequent toepassen.
Gelijkheidsbeginsel. De overheid moet gelijke gevallen op gelijke wijze behandelen (art. 1 Grondwet).
Vertrouwensbeginsel. Wie op goede gronden -bijvoorbeeld na een duidelijke toezegging- erop mag vertrouwen dat de overheid een bepaald besluit neemt, heeft daar ook recht op (art. 3:35 BW).
Verbod van détournement de procedure. De overheid mag voor een besluit niet de verkeerde procedure volgen.
Fair-play-beginsel. De overheid moet zich onpartijdig opstellen bij het nemen van een besluit en moet de noodzakelijke openheid en eerlijkheid in acht nemen (art. 2:4 Awb).

Materiële beginselen
De materiële beginselen hebben betrekking op de inhoud van bestuursbesluiten. Voorbeelden zijn: specialiteitsbeginsel, materiële rechtszekerheidsbeginsel, vertrouwensbeginsel, gelijkheidsbeginsel en het verbod op détournement de pouvoir.

Specialiteitsbeginsel. Een bestuursorgaan mag alleen die belangen behartigen waarvoor de betrokken wet of regeling een grondslag biedt.
Evenredigheidsbeginsel. De overheid moet ervoor zorgen dat de lasten of nadelige gevolgen van een overheidsbesluit voor een burger niet zwaarder zijn dan het algemeen belang van het besluit (art. 3:4 lid 2 Awb).
Vertrouwensbeginsel. Een burger mag, onder bepaalde voorwaarden, kunnen vertrouwen op uitlatingen van een bestuursorgaan waarin dingen worden toegezegd maar die later niet nagekomen (kunnen) worden door het bestuursorgaan.
Verbod op détournement de pouvoir. De overheid mag een wettelijke bevoegdheid alleen gebruiken voor het doel waarvoor die bevoegdheid gegeven is (art. 3:3 Awb).
De overheid mag geen zaken regelen die niet binnen haar bevoegdheid liggen of die willekeur oproepen.

De overheid mag bijvoorbeeld geen fluoride aan drinkwater toevoegen omdat dit gezonder is voor de burgers op het moment dat zij moet zorgen voor gezond drinkwater. Zij treedt hiermee namelijk buiten haar opgelegde verplichtingen en bevoegdheden.

No comments: