Friday, December 22, 2017

Het klopt venomenendaal

Sorry dat het zoveel tijd kostte, ik had mijn gevoelens en wiet nodig. Ik zit er echt in.

My neighbors love this song, they even threw a brick in my window to listen better:

https://m.youtube.com/watch?v=lPVBrRd9wCo


Spontane vijandigheid bij confrontatie met 'anders denkenden'. Die blomme rechtstreeks in de vuilnisbak godverdomme 😈😈. Had bloemen voor astrid vanwege haar leukemie aan verbitterde barbie gegeefe). 

Door die handstand oefening (record nog steeds 3 minuten met wiet, ik ga het verbreken, weet nog niet hoe), zie ik dat de rechterkant bij mij sterker is dan de linkerkant.

Je hersenen bestaan uit twee delen; de linker- en rechterhersenhelft. Het is bekend dat elke helft speciale eigenschappen, kenmerken bezit. De linkerhersenhelft heeft betrekking op het analytische, rationele. Terwijl de rechterhersenhelft meer verantwoordelijk is voor een ruimtelijke en een meer creatieve manier van denken. Beide hersenhelften geven vorm aan een bepaalde persoonlijkheidstypering. 

Door de eeuwen heen hebben mensen gedacht dat elektriciteit het geheim van de levensvonk inhield en dat de schepping van levende wezens erdoor werd bepaald.
Zonder onze eigen interne elektriciteit zou ons hart niet kloppen, onze spieren niet samentrekken; zouden zintuigprikkels niet waargenomen kunnen worden en zouden de zenuwen niet in staat zijn de organen aan de gang te zetten. Ons lichaam is volkomen afhankelijk van de interne elektriciteit die wij produceren.
In dit opzicht is het verschil tussen een machine en de mens, dat een machine niet kan werken zonder stroom van buitenaf, terwijl de mens zorgt voor zijn eigen stroomvoorziening in de vorm van miljarden microscopische accu’s of batterijen. Onze interne elektriciteit zou ruim voldoende zijn om een goede leeslamp van 60 watt 24 uur per etmaal te laten branden.
Ons lichaam zit niet alleen vol met elektriciteit maar stroom van buitenaf kan ook een genezende werking hebben. Slecht genezende botbreuken reageren gunstig op het aanbrengen van een elektrisch spanningsveld tussen de boteinden en ondraaglijke pijn kan goed bestreden worden met behulp van een klein apparaatje dat stroomstoten uitzendt.
Elektrische fenomenen in ons lichaam zijn het best bestudeerd aan de prikkelbare elementen zoals zenuwcellen, spiervezels en zintuigorganen.

Een elektrisch geladen schaatspak.

Waarom blijft tesla/ elon musk steken ? Door ijdelheid en liefdesverdriet. Assen voor laden achteras op. Het kan al. Een bijna perpetuum mobile kracht- of energiecentrale, de kernfusie cirkel iter (de weg) onder de grond. En als een mens klaar is voor elektriciteit dan is een auto misschien niet meer nodig. 200 jaar of 20 jaar ? Of 2 jaar.


Is emma brunt overleden ? Echt de ijdelheid voorbij ? Hoe kan ze dan nog een artikel over ouderdom schrijven. Zie hieronder, vierde blog post. Ze is terminaal, niets nieuws meer.


 Death is life.

Take me into your skin  https://www.youtube.com/watch?v=Z0XwOjSpdbc

 

Dick Hillenius: Verzamelde gedichten: (TEGEN)POLEN HADDEN WE KUNNEN ZIJN

Als ik iets zou weten aan te merken op de mooie uitgave van de Verzamelde gedichten van Dick Hillenius, dan is het dat er geen reproduktie in voorkomt van het handschrift van de dichter. Dat handschrift, steil rechtop, vol stekeltjes en diepe lussen, en toch zo snel en soepel, blijft voor mij achter de drukletters schemeren, en ik zou willen dat andere lezers dat ook konden zien. Het was uit duizenden herkenbaar, en het bleef zichzelf gelijk, van zijn eerste schrijversjaren tot aan zijn dood. Hetzelfde gold voor het veel ingewikkelder samenspel van soms moeilijk traceerbare taaleigenaardigheden dat we de stijl van een schrijver noemen. Een gedicht van Hillenius valt aan niemand anders toe te schrijven dan aan Hillenius, zelfs niet aan Vroman, met wie hij meer gemeen had dan alleen de biologie. Hij droeg trouwens ook zijn hele leven precies dezelfde soort kleren, en dat wil wat zeggen voor iemand die in 1927 geboren werd en in 1987 overleed.

Die vormvastheid lijkt op het eerste gezicht in tegenspraak met zijn werk, dat zich in al zijn vezels verzet tegen verstarring. Elke bladzij geeft blijk van zijn beweeglijke nieuwsgierigheid en verliefdheid, zijn intellectuele en emotionele veroveringslust. Telkens klinkt het protest tegen wetten, tegen stilstand, tegen de ‘afzichtelijke calvijnen’, en de oproep om vooral in beweging te blijven. De titels van zijn dichtbundels klinken als manifesten: uit groeiende onwil om ooit nog ergens in veiligheid aan te komen; een klein apparaat tegen rechtlijnigheid; de onrust bewaren.
De tegenstelling is schijnbaar, omdat zijn verzet zich richt tegen beperkingen die van buitenaf worden opgelegd. Zijn eigen vorm, van buitenaf zo herkenbaar, voelt van binnenuit niet als een keurslijf omdat het zijn eigen, zelfgegroeide huid is. Om zijn eigen biologenterm te gebruiken: het is zijn territorium, waar hij de meest uiteenlopende indrukken en ontdekkingen kan binnenslepen en naar zijn hand zetten. Met het pleidooi voor meer persoonlijkheid in de literatuur, afkomstig van Forum en voortgezet in Tirade, heeft hij nooit veel opgehad, waarschijnlijk omdat de bijbehorende gedragscodes hem te veel naar Calvijn roken, maar misschien ook omdat het in zijn geval zo'n overbodig streven leek. Hij wás een persoonlijkheid, onmiskenbaar en vanzelfsprekend, en alles wat hij schreef droeg er het merkteken van. Net zoals bijvoorbeeld zijn onnavolgbare, maatloze manier van dansen.
Hillenius schreef in verschillende genres, maar de eenheid van zijn stijl maakt dat ze haast ongemerkt in elkaar overgaan. Aan de ene pool staan de lange, tamelijk objectieve essays waarin een gedachtengang of theorie zorgvuldig, ofschoon nooit stijf of gewichtig, wordt uitgesponnen. Maar altijd zit er wel ergens een grillige zijsprong in, en talrijk zijn de kortere prozastukken die eigenlijk op zichzelf zo'n sprong zijn (ofschoon, op zichzelf, wf hermans zag aad nuis terecht als een kakmadam). Je kunt het dagboeknotities noemen, of reisimpressies, ideeën of aforismen, maar steeds zijn het korte of wat langere, scherp waargenomen en genoteerde aanleidingen tot verbazing. Hetzelfde kan gezegd worden van bepaalde gedichten; de beste echter bereiken een zeggingskracht die boven het incidentele en alleen-maar persoonlijke uitstijgt.
Deze verwevenheid van genres komt ook tot uitdrukking in de manier waarop Hillenius zijn werk in boekvorm publiceerde. Zowel in zijn eerste boek, Tegen het vegetarisme uit 1961 als in zijn laatste, Wat kunnen wij van rijke mensen leren? (1986) staat alles door elkaar, essays, notities en gedichten, de laatste in een aparte afdeling, of ook wel eens tussen het proza gestrooid. Maar soms publiceerde hij de poëzie wel degelijk apart. Dat had als voordeel dat hij als dichter meer werd opgemerkt - verzen die tussen proza zijn verstopt worden niet erg serieus genomen door poëziekenners, gesteld al dat zij ze opmerken - maar ik vermoed dat het ook te maken had met Hillenius' idee van poëzie. Zijn gedichten waren zeer verwant aan zijn overige schrijfsels, zeker, maar ze vertegenwoordigden ook een verhevigde vorm van schrijven. De dingen konden erin op hun plaats vallen met een geheimzinnige zekerheid die ook voor de dichter zelf iets onverklaarbaars hield.
Het gedicht dat begint met een incident in een relatie om uit te groeien tot een nieuw scheppingsverhaal:

De vrouw huilde, mateloos
de wenkbrauwen vergeefs vragend
hoe het begonnen was
de dijken braken of het water kwam hoger
de bomen zweepten met grote gebaren
de wind op
De man, een eenvoudig landmeter
keek en mat land en begreep er niets van
het rijk was uit
een volkomen herbebossing
verbrak verbindingen
schiep nieuwe lijnen tegen de horizon
dieren kwamen die niemand kende.
In de gedichten van Hillenius duiken voortdurend dieren op die niemand kende, maar als ze er eenmaal zijn gaan ze niet meer weg. Het leven waar deze poëzie de lof van zingt, is niet alleen een jacht op nieuwe indrukken, een poging tot ontkomen aan de strik, maar ook een taai vasthouden aan het eigene:
oude koolmezen hebben een langer lied
meer grensstenen voor hun gebied
wijn groeit naar binnen bij het ouder worden
trouw is vervlochten raken met een andere orde
en nooit willen ontknopen
meedragen mos, oude bloemen
verlaten nesten, bladerhopen
alles terugvinden daarin
nooit afscheid, niets verwerpen
niets sterft zonder opvolging.

Tussen die polen ligt deze poëzie te glanzen, ontdaan van al het boeiende, interessante, onderhoudende, maar uiteindelijk minder essentiële van het proza van Hillenius. Omdat ze zo volstrekt eigen is, onttrekt ze zich met succes aan vergelijking met het werk van andere dichters, en daarmee aan alle dichterlijke wedijver of hiërarchie. Ze is net een mens, een karaktervol en wispelturig mens. Ze kan irriteren of je koud laten, je kunt erdoor geboeid raken, je kunt ervan gaan houden. Ik hou ervan.
Aad Nuis

---------------------------------------------

Men neme een doos Lego, een smartphone en wat eenvoudige programmeertechnieken en voilà: een menselijke robot is geboren. Het klinkt te mooi om waar te zijn maar Naser Bakhshi, Artifical Intelligence lead bij Deloitte, heeft aangetoond dat het kinderlijk eenvoudig is om een robot te maken. Goed nieuws of juist griezelig?
Officieel gaat het om een intelligent autonom robot met cognitieve functionaliteiten die door het Artificial Intelligent Team van Deloitte is ontwikkeld. Het team heeft gebruik gemaakt van zogeheten deep learning algoritmes in combinatie met onder andere Lego en een smartphone om de robot intelligente taken te laten uitvoeren. Zo kan hij zelfstandig navigeren door ruimtes, objecten en gezichten herkennen en zoekopdrachten uitvoeren op basis van spraakopdrachten. Schrik niet: over 10 jaar zijn onze kinderen in staat om deze kunstmatig intelligente robots op hun zolderkamertje te fabriceren. Naser Bakhshi: ‘We hebben met dit project willen aantonen dat de technische mogelijkheden rondom kunstmatige intelligentie zo ver gevorderd zijn dat je met huis-tuin-en-keukenmiddelen, zoals ik dat noem, eigenlijk al intelligente oplossingen kunt bouwen.’

Een primeur?

‘In feite is het een afspiegeling van datgene wat bij de serieuze toepassingen al gebeurt. Robots in fabrieken en zelfrijdende auto’s maken min of meer gebruik van soortgelijke technieken als wij in dit kleine robotje toegepast hebben. Maar dan op een andere schaal en met andere, betere, apparatuur. We hebben willen laten zien dat je met een paar hulpmiddelen en een beetje programmeerkennis al heel ver komt. Als je dit alles combineert met instructies - algoritmes - die voor iedereen online beschikbaar zijn, dan kun je de robot zelfstandig laten rondrijden en obstakels laten vermijden. Deze techniek is echt toegankelijk voor bijna iedereen. En wat deze variant vooral leuk maakt: als ik 10 foto’s van jou laat zien of je kijkt 10 seconden in de camera van de robot, dan is hij in staat je overal te herkennen, waar ook ter wereld.’

Is het naast leuk ook een angstaanjagende gedachte, dat het zo eenvoudig te maken is allemaal?

‘Nee, zo zien wij dat niet. Natuurlijk hebben deze ontwikkelingen een keerzijde maar ik denk dat we niet bang hoeven te zijn. Op de eerste plaats kun je de vooruitgang niet tegenhouden, het is ook niet gezond om dat te doen. Maar dat is tegelijkertijd geen vrijbrief om niet na te denken over de gevolgen van technologie. De bedenker of gebruiker - of de ouder als het om een kind gaat - heeft de verantwoordelijkheid om over die keerzijde na te denken. Technologische bedrijven hebben ook de verantwoordelijkheid om niet alleen met de tech-kant van het verhaal bezig te zijn, maar moeten ook nadenken wat het sociaal, maatschappelijk, milieutechnisch, economisch en voor de veiligheid betekent.’

Want gevaarlijk is het?

‘Als je de keerzijde niet goed organiseert kan een robot verkeerd gebruikt worden. Er zijn al experimenten op basisscholen waar robots worden ingezet om onderwijs te steunen. Wat je nu krijgt is een intelligentere variant die nog beter inspeelt op de behoeften van een kind, met een kind kan praten en dingen voor kinderen kan opzoeken. Als je niet uitkijkt en de boel wordt gehackt, dan kan de robot het kind verkeerde dingen aanleren. Als maatschappij, overheid en commerciële sector moet je hier goed over nadenken en tijdig op inspelen.’

Kinderen van 10 die straks een robot kunnen maken: hoe moeten we ons op deze ontwikkelingen voorbereiden?

‘Door het vooral te leren kennen en dat niet uit te stellen. Je kunt deze ontwikkeling niet omarmen als je het niet goed begrijpt. Dus moet je de ruimte krijgen en creëren om hiermee te experimenteren. Deze proeftuin waarbij we zelf een robot hebben gebouwd, is voor geen enkele commerciële toepassing ontwikkeld. Het gaat hier om het leeraspect, het experimentele aspect en het verkenningsaspect. We hebben er zoveel van geleerd, met als gevolg dat er ook binnen Deloitte nog meer begrip zal ontstaan voor de enorme mogelijkheden.’

Toch zullen veel mensen huiverig zijn als ze horen wat er allemaal kan met kunstmatige intelligentie.

‘Maar kunstmatige intelligentie (KI) is helemaal niets nieuws onder de zon. We vliegen al een halve eeuw met automatische piloten, in de basis is dat ook een primitieve vorm van KI. Alleen volgen de ontwikkelingen en veranderingen elkaar in hoog tempo op en zal het iedereen gaan beïnvloeden. Dus leer en zorg dat je niet verrast wordt. Het is ook gewoon erg leuk en leerzaam om je in de materie te verdiepen. ‘

Sommige mensen hebben al een huisrobot. Gaat dat niet te ver?

‘Misschien wel. Mensen blijven sociale wezens die het meest geven om mensen en dieren. Maar het is wel goed voor de discussie, of je een extra gezinslid in de vorm van een robot in huis moet willen halen. Ik denk niet dat veel mensen die behoefte hebben.’ IS ER AL. LAAT ME NET ZIEN DAT HET OVERBOIG IS OM HET TWEE KEER TE PLAATSEN, VERSTARRING VOORKOMEN, HET NIEUWE, DAAR GAAT HET OM.

No comments: