Thursday, June 21, 2007

Haar laatste brief

Verwijt mij niet dat ik lichtzinnig was
omdat ik lief gehad heb zonder trouw
en zonder tranen heenging, want een vrouw
komt nooit, als zij bij voorbaat niet genas,
de wond te boven ener tederheid
die op toekomstig leven is gericht.
Ik moest mij wel hernemen voor een plicht
waartoe ik onbemerkt ben voorbereid.

Zeg zacht mijn naam, en ik ben in 't vertrek:
de bloemen staan weer in de vensterbank,
de borden in het witte keukenrek.

Want meer van mij bevindt zich in die klank
dan in de jeugd waarom je van mij houdt,
mijn bijna-jongensborst, mijn haar van goud.





Martinus Nijhoff

(In: Verzamelde gedichten, p.215
Oorspronkelijk in: Nieuwe gedichten, 1934)





Waarom is dit nou zo mooi ? Het androgyne gehalte: ja, het is geschreven door een vrouw ("haar laatste brief"), maar feitelijk is het geschreven door een man, Martinus Nijhoff. En in de vierde regel even die verwijzing naar een zij.

Of dat bisexueel aandoende "bijna-jongensborst". Ik vind dat ook aantrekkelijk in een vrouw. De schrijfster zegt dus dat de man (?) aan wie ze de brief schrijft vanwege haar bijna-jongensborst, haar jeugd en vanwege haar haar van goud van haar houdt.

En dat zinnetje "dan in de jeugd waarom je van mij houdt"...ook daarom zijn er zoveel relaties tussen man en vrouw, waarbij de man 10 jaar en meer ouder is dan de vrouw...en de vaderfiguur(:god) die de vrouw toch ook vaak zoekt in een man.


Maar dit soort praatjes/commentaar maken het gedicht banaal.



Eigenlijk vind ik vooral dit gedicht, die twee van Piet Paaltjens en die van Elsschot mooi. Drie gedichten ken ik uit mijn hoofd, dit is er één van. Verder hou ik niet van gedichten. Hoewel, die van Slauerhoff...en die van Lucebert...soms de liedjes van Bowie, Callier of Sting, dat is ook poëzie.

Wednesday, June 20, 2007

Ivan Wolffers

Week 21 -2007 Op dinsdagen ga ik naar de universiteit en vanuit de auto bel ik dan mijn moeder op."O, moet je college geven," zegt ze. Mijn moeder denkt dat hoogleraar zijn betekent dat je dan elke week voor de klas staat. Colleges geven hoeft maar een paar maal per jaar en deze week is het weer zo ver. Twee uur lang praat ik tegen een muur van licht gemurmel aan. Tweehonderd jongens en meisjes in de collegezaal, die ervan dromen later bevallingen te doen en levens te redden, weten niet de beleefdheid en het geduld op te brengen om te zwijgen als er over iets anders wordt gesproken. Het is mijn taak uit te leggen over de verwachtingen en beleving van patiënten met een andere culturele achtergrond. Hoe je daar als arts mee om kunt gaan.

Ik begin uit te leggen wat cultuur is en zeg dat cultuur het verschil uitmaakt tussen dieren en mensen. Want mensen zijn voortdurend bezig betekenis te verlenen aan wat hen overkomt. Ze zoeken er woorden en metaforen voor, en ze verbinden die met de manier waarop ze eerder geleerd hebben in de chaos van het toeval orde aan te brengen. Niets is angstaanjagender dan wanorde en willekeurigheid. Juist over het lichaam, over ziekte en gezondheid, over geboorte en dood, is de mens onophoudelijk bezig te interpreteren, te verklaren, te verzoenen door betekenis te verlenen.Bij afwezigheid van een microfoon ga ik de hele middag door met te luide stem duidelijk te maken dat je als arts ook slechts onderdeel bent van een cultuur. Hopelijk zijn mijn woorden nog hier en daar bij mensen beland.

Na afloop van mijn college komen een jongen en een meisje naar mij toe."Wij zijn het niet met u eens," zegt de jongen verontwaardigd. "U zegt dat het verschil tussen mens en dier de cultuur is, maar orka's praten met elkaar."In eerste instantie denk ik dat ik voor niets heb staan praten, maar ik kan ze niet teleurstellen en ga serieus op ze in."Ja, ik zag pas een filmpje van een zwerm spreeuwen," zeg ik. "Ze maakten de vreemdste bewegingen, maar altijd in samenhang, alsof ze één geheel vormden, alsof ze een zenuwstelsel deelden.""Nee," houdt de jongen aan. "Er is meer aan de hand. Als orka's in twee verschillende rivieren zwemmen communiceren ze toch met elkaar.""Goh, wat interessant," zeg ik, knik en ga naar huis.

In de auto merk ik dat mijn keel aanvoelt als de Sahara na een lange warme dag. Ik wil even helemaal niets, maar mijn telefoon gaat."Met je buurman," zegt hij. "Ik wou je even iets geven waar je blij mee zult zijn."De man woont nu anderhalf jaar naast me en ik heb hem één keer bij het hek een hand gegeven. Hij is ook op een avond in het buurthuis geweest waar ik een lezing gaf en voorlas uit eigen werk. Ik weet alleen over hem dat hij luidruchtige zonen, Balinese aupairs in een caravan achter in de tuin en een bloeiende praktijk in alternatieve geneeswijzen heeft.
Een half uur later zit hij tegenover me in de keuken. Hij heeft een fotokopie uit een blad genaamd Nexus bij zich."Ken je het blad?" informeert hij. "Het is erg interessant. Het gaat over UFO's en zo. Die bestaan, want ik heb er zelf een gezien."Het artikel dat hij heeft meegebracht gaat over een man bij wie prostaatkanker is vastgesteld. Hij is opgegeven en wil dat het zo snel mogelijk afgelopen is. Op een morgen hoort hij een stem die zegt dat hij de worteltjes van paardenbloemen moet gebruiken en dat hij dan beter zal worden. Aldus geschiedde en de man is weer in prima conditie. Mijn buurman heeft ook nog een boek meegebracht van een Italiaanse professor die erachter gekomen is dat kanker eigenlijk een infectie met een onzichtbare schimmel is en dat het heel gemakkelijk op te lossen is. Natriumcarbonaatinfusen. Prostaatkanker is helemaal simpel. In twee weken ben je er helemaal vanaf. Omdat er een miljardenindustrie de verkeerde kant op is gegaan met onderzoek en behandeling is de Italiaanse professor natuurlijk lastig. Hij wordt genegeerd en belachelijk gemaakt."Jij staat geloof ik wel open," zegt mijn buurman. "Ik kan daar wel met jou over praten. Ik heb iets spiritueels en zie dingen. Wil je dat ik voor jou even kijk waar die kanker bij jou door ontstaan is?"Ik ben moe, maar nieuwsgierig naar wat er gaat gebeuren, en knik.Hij zet zijn bril af, sluit zijn ogen, heft het gezicht ten hemel en zwijgt enige tijd. Daarna lacht hij."Ja, in de geestenwereld wordt veel gelachen," zegt hij. "Het is daar echt geen serieuze boel. Nou, het komt niet uit je jeugd en ook niet uit een vorig leven. Je hebt het in dit leven gekregen. Alles was mooi en goed bij je, maar op een gegeven moment ben je gaan twijfelen of al het goede en mooie wel voor jou bedoeld was."Hij zet zijn bril weer op en spreekt weer gewoon met me."Wil je soms ook weten wat je eraan moet doen?" vraagt hij."Natuurlijk.""Ik kan dat beter met een gebaar laten zien, dan met woorden."Even later staat hij in mijn keuken, bril af en met gesloten ogen - en maakt een zwaaiend gebaar met armen en bovenlichaam, waarbij hij telkens lacht. Het houdt het midden tussen tai chi bewegingen en een sirtakidans."Zo ben jij," zegt hij. "Je hebt zoveel moois en goeds in je hoofd, maar je moet het geven aan de grond. Je geeft niet genoeg aan de aarde waarop je staat."Mijn buurman kijkt ook nog even naar dat ene woord dat mijn hele leven kenmerkt. "Eerlijkheid, zuiverheid," zegt hij. "Herken je je daar een beetje in?"Ik kan me ergere dingen voorstellen die hij over me had kunnen zeggen en ben er dus wel blij mee. Ook ben ik hem dankbaar dat hij in de keuken van een vreemde zijn bril heeft afgezet en dansbewegingen heeft gemaakt. Ik beschouw het als een gebaar van sympathie.Als ik met hem naar het tuinhek loop, vraag hij: "Weet je wat mijn woord is? Erkenning. Ik ben altijd op zoek naar erkenning. Kun je dat aan me zien?"



Week 22 -2007 Origineel en uniek, dat zijn we. Daarin geloven we met overtuiging, want waarom zouden we anders bestaan? Wij mensen in de westerse wereld zijn ervan overtuigd dat we met een speciale bedoeling op aarde zijn, dat heel de wereld er voor ons is en alles wat er gebeurt brengen we in verband met ons eigen leventje. Zoals ik is er geen ander.Toen ik de eerste zin van het boek Nachttrein naar Lissabon van Pascal Mercier las, raakte ik echter in de war. "De dag waarna in het leven van Raimund Gregorius niets meer zou zijn als ervoor, begon als talloze andere dagen." Waar kende ik die zin van? Had ik die zin niet al eens in een van mijn eigen boeken gebruikt? Origineel en door mij zelf bedacht. Over een man die door zijn vertrouwde gewoonten en zekerheden ingedut is en dan iets meemaakt waardoor zijn leven radicaal anders wordt. Maar dan betrof mijn zin niet Raimund Gregorius, maar Rudolf Kippenheim, Stefan Rotherman, Josef Kraeyenest, of een van de andere romanfiguren met vreemde namen die mijn boeken bevolken.

Ik zoek exemplaren van mijn eigen boeken in de kast en begin er in te lezen. Nu ik in mijn leven al zoveel woorden op een rij gezet heb, ben ik vergeten waar mijn boeken over gaan en of het eigenlijk wel prettig is ze te lezen. Eigenlijk alle boeken die ik geschreven heb handelen over mannen wier leven drastisch verandert door een kleinigheid, vaak iets met een vrouw of omdat er iets met hun lichaam mis gaat.Uniek is de mens misschien wel, want er is bijvoorbeeld maar één man met Marion Bloem getrouwd, maar origineel zijn we niet. Er zijn bovendien maar een paar verhalen die we elkaar vertellen. Over goed en kwaad. Over toeval en voorspelbaarheid. Over liefde en haat. Over kameraadschap en verraad. Over de angst voor de dood en het afscheid, dat je niet kunt ontlopen.

Ook mensen met kanker schrijven die paar verhalen. Alleen hun toon onderscheidt ze van de anderen. Kankerschrijvers willen ermee laten zien dat ze nog steeds de baas zijn. Ze bagatelliseren de dood alsof die er niet toe doet.Marisa Acocella Marchetto, succesvol illustrator uit New York van onder andere The New Yorker, hoort op haar drieënveertigste dat ze borstkanker heeft. Dat komt even niet zo goed uit want haar leven is erg opwindend. "Now is not a good time" in haar eigen woorden. Haar kwaliteit is tekenen en Marisa verandert daarom haar avonturen met borstkanker in een cartoon, Cancer Vixen. Het is haar manier om te zeggen "ik ben er nog en niet van plan te vertrekken". Ze tekent wat er gebeurt tijdens de chemotherapie en hoe ze alternatieve behandelmethoden uitprobeert. Ze tekent het kanker raadspelletje, waarbij de deelnemers zich voortdurend afvragen waardoor ze toch die ziekte gekregen hebben. Ze tekent de dood die bij haar binnenbreekt en tegen haar zegt: "Cancer your wedding! Cancer your career! Cancer your life!"Marisa Acocella Marchetto is niet de enige die op luchtige toon over kanker schrijft. In mijn favoriete weekblad - The Lancet - lees ik over het boek 'Take off your party dress. When life's too busy for breast cancer' van Dina Rabinovitch. Ze is bezig haar zeven kinderen behoorlijk op te voeden en heeft geen tijd voor al die bezoekjes aan het ziekenhuis, want ze moet met een van haar dochters terug naar de kapper om nog iets te herstellen van het verknipte kapsel van haar wanhopige tiener. Natuurlijk is dat belangrijker! Ze gaat winkelen om een littekenchique jurk voor na de borstamputatie te kopen. Ze laat een pruik van 1800 euro maken om tijdens de chemotherapie te dragen, die ze nooit opzet.

Op die manier schrijven mensen met kanker over hun leven. Niet over het drama, maar over de ironie van het lot. Ik kan niet ontkennen dat ikzelf ook een luchtige toon aansla als ik erover schrijf. Dat zwaarmoedige is maar niets en waarom zou je het allemaal nog erger maken dan het al is?Nog meer begin ik aan mijn originaliteit te twijfelen als ik lees dat Ivan Noble, een Britse wetenschapverslaggever drie jaar lang over zijn hersenkanker heeft geschreven. Het is niet alleen de verwantschap door de naam, maar ook zijn motivatie, die me opvalt. Aanvankelijk begreep hij helemaal niet waarom hij zo fanatiek begon te schrijven. Als hij bijna dood is (2005) beseft hij dat hij dat schrijven nodig had om te kunnen geloven dat hij iets terug kon doen, dat hij niet alleen hoefde te ondergaan, iets leek te kunnen veranderen aan zijn schijnbaar machteloze positie, en van iets lelijks nog iets moois wist te maken. Dat laatste heb ik zelf zo vaak gezegd als ik moest verantwoorden waarom ik over mijn kanker schrijf. Het is waardeloos, maar als ik het dan toch heb, kan ik maar beter proberen er nog iets aardigs van te maken, iets waar we samen om kunnen lachen.

www.ivanwolffers.nl

Jammer dat die artikels over gezondheid en de medische wetenschap niet langer bij achmea te vinden zijn.

Thursday, June 14, 2007

I saw a dream last night

bright like a fallin' star, and the sources of light seemed so near, yet so far.

Follow the dancin' girl, somewhere inbetween time and space, we shall be free.

Die malle Kees van Kooten: "als jullie maar gelukkig zijn", "we moeten lief zijn voor elkaar" "houd jullie wel van elkaar!", met zo'n hippie kettinkje om zijn hals en jaren zestig bordeaux rode sweater, "heel goed, jullie zijn gelukkig", "dat is heeeel goed, dat jullie van elkaar houden". Met zo'n zoetgevooisde stem en zo'n verheerlijkt beaat gezicht. Wat vond ik dat ook weer een leuk kort filmpje.

Zo tegen je 40ste/45ste weet je dat je leven niets meer wordt, ja, misschien nog ceo of cfo van een kumpany, maat bij een advocatenfirma, rechter, directeur, hoofd, maar dat bedoel ik, je leven wordt toch niets meer, geen creatieve rock ster of iemand die de wereld verbaast en zelfs al zou dat het geval zijn, wat dan nog ?

Zo rond je dertigste denk je soms, wie weet wordt het nog wat.

Maar als ik aan dat filmpje van Kees van Kooten denk, twee glazen rose op heb en aan die knappe vriendin denk, ach, dan valt het allemaal nog wel mee. We mogen verdomd niet klagen.

Bij de Raad van State werkte een afdelingshoofd en die vertelde mij hoe zijn vader overleed toen hij 8 jaar was en dat zijn moeder het alleen moest rooien met 7 kinderen. Met zijn drieën op een kamer slapen, op je bed je huiswerk maken en na zijn studie rechten stond hij in Libanon waar de kogels hem om de oren vlogen. En dan klaagde hij tegen mij dat hij weer naar een vergadering moest als ouderling. Dat stond hem tegen. Dergelijke klachten heb ik heel vaak moeten aanhoren "he mano, moet ik straks weer naar die vergadering, de kerkeraad, het avondmaal, de broedervereniging ! Bah, dat staat me tegen. " Ja, van mij hoeft het niet.

En dat verhaal vertelde hij mij, salonsocialist, altijd een eigen kamer in redelijk groot uitgevallen huizen dankzij een zeker geluk en daadkracht van mijn pa. Shame on you. Ik vertelde maar dat hij een mooie opgaande lijn kende, waar ik een comfortabele luxe jeugd had, een matige tot slechte studententijd, de slechtste jaren daarna en pas vanaf 1990 weer een opgaande lijn, inmiddels ook weer enigszins gebroken.

Of die vraag aan Connie Palmen: "waarom drink je zoveel ?"
"Vanwege de roehoehoehoessss. Mmm. Vanwege de roezzzzz." Veel meer had zij ook niet te vertellen. Wanneer zou ik haar nou ooit nog eens betrappen op een oorspronkelijke of dwarse gedachte of een bijzondere schrijfstijl. Maar ze weet zichzelf wel te verkopen.

Life is not a screen play, it's a struggle for your soul, you must be very careful how to chose to play your role.

En eigenlijk vertrouw ik onderzoek, woorden en gedachten niet.

Wednesday, June 13, 2007

De apenbranche

Inmiddels draai ik jaren mee in die business. Apen zijn expandable. Of was het nu expendable ? Soms leen ik er een uit en dan komt hij/zij met grijze haren en nog krommer weer terug. Sure, daarom moet dat ontslagrecht versoepeld worden. Wat heppie nou aan die oude invalide apen. De goede niet te na gesproken, ik heb een paar apenvrouwen in mijn stal gehad. Tsjonge ! Bijziend, ja, die schepping van onze lieve heer is niet perfect, de 1 had min zes, de ander min acht qua visie, maar intelligent, een energie, killers, dat waren het. Daar heb ik een flinke buck aan verdiend. Scoor voor mij dames ! Dat soort oerapen, nooit ziek, daar maakt het toch ook helemaal niet voor uit dat het ontslagrecht versoepeld wordt ?

Die zwakke zwarte (sch)apen, daarvoor doe je het, dat ontslagrecht aanpassen. Kom op, laat deze ondernemer/god niet in de kou staan ! Pecunia non olet. Geld stinkt niet. Leve de werkgever/werknemer/uitzendbranche. Apepower ! Alfa apen, die mot ik hebben.

Wel een rare gedachte dat er 100 jaar geleden nog geen bril bestond en dat bijvoorbeeld die topapinnen uit mijn stal indertijd praktisch blind waren !
Heel soms denk ik ook wel eens na, inmiddels ben ik de 50 gepasseerd.Waarom bestaat er geen meervoud voor sheep in het Engels ? In nederland heb je 1 schaap en schapen. Waarom heb je het alleen maar over informatie en niet over informaties, communicatie en niet communicaties. Information technology. Informations technology. Het is communication, niet communications.

Ook denk ik langzamerhand wel eens dat ik slapen het lekkerste vind dat er bestaat, vooral als die topapinnen in mijn droom voorkomen.
Anderzijds denk ik dan ook weer dat wij allemaal de doodstraf krijgen, alle apen op de wereld.
Stelletje apen.

Our common future ? Death. Nou en ? Die triljarden jaren, die oneindigheid voor mijn geboorte heb ik niet meegemaakt. Dan hoef ik die triljarden jaren, die oneindigheid na mijn dood ook niet mee te maken. Sure. Don't give a shit.

Tuesday, June 12, 2007

Vincent van Gogh:

hoop hebben op betere tijden moet niet een gevoel zijn maar een iets doen in het heden

het geluk is niet hetgeen waar we voor aansprakelijk zijn, maar wel zijn we ervoor aansprakelijk in hoever we ons geweten volgen

De schilder vincent van gogh kan erg goed schrijven.



Vond www.gummbah.nl niet slecht, maar rond mei/juni 2006 was de site beter, vooral fout varken was toen leuk.


Hans Hoogervorst verdient 274.000 EUR bij de autoriteit financiële markten. Geschiedenis gestudeerd ! En maar veel lawaai en misbaar maken. Is dit nu een uiting van jaloezie ? Vast, maar het is ook echt zo, waarom verdient Hansje 274.000 eur en ik 65.000 eur ? Of een leraar basisschool maximaal 35.000 eur ? Onrechtvaardigheid is een gegeven en daarover moet je je niet opwinden, zonde van die korte tijd op deze aardkloot.

Vanaf nu heet ik Nounou. Praatjesmaker Nounou Verschrijver.

Sunday, June 3, 2007

Manna Verschrijver: Demis Roussos

In de jaren 70 stond er af en toe zo'n dikke griek te zingen bij toppop, demis roussos. Vond die muziek nooit geweldig, niet leuk, laat ik nou maar eerlijk zijn. Die hysterische ma van mij, Connie Malpen, vond het wel leuk.
Toen was er dat britse cabaret: een gezette kale vent met om de kale plek lang zwart hippie haar, zwarte baard die overliep in borsthaar, zwart glimmend leren giletje, zwarte broek, grote zwarte riem, zwart overhemd en zingen:

"I love my shéhéhéhéhéhéhéheeeeeeeep,
because I come from gréhéhéhéhéheeeeece."

Briljant, met een scene van 20 seconden het imago van demis om zeep.


Word ik teveel door jaloezie gedreven ? Jaloers als ik een foto van een knappe directrice zie. Jaloers als ik de knappe directrice met de minister van ez zie dansen. Jaloers als ik die knappe directrice in een dure auto met licht geel lederen bekleding zie stappen met een knappe vent. Jaloers op rijke stinkerds. Daar komt niet veel goeds uit voort, jaloezie.

Ach, anderzijds, in de tachtiger jaren was ik helemaal wild van David Bowie met zijn china girl op het strand. Bye, bye, beach bowie, hello, another prick, another kick, al dan niet uitgelubberd, is nu mijn adagium.

Het is zo heerlijk om als manna, een zelfbewuste energieke sterke en woest knappe vrouw, door het leven te gaan ! Al die sullige mannen kunnen mooi niet aan mij tippen. Valt me wel op dat sexgenoten vrij vaak zeggen/schrijven: "toen heb ik er heel bewust voor gekozen om..." Ja, muts, bewusteloos zul je niet voor iets kiezen, waarschijnlijk.

Ook modewoordjes als "helemaal goed" pikken de dames snel op. Niet prettig.

Vandaar mijn bisexualiteit, het draait bij mij simpelweg om fancy. De ene keer fancy voor die stoere sterke slimme zwijgzame man. De andere keer rol ik eens met die flapuit van Mabel door de kamer, maar die affaire heeft heel kort geduurd. Dat dan weer wel.

Saturday, June 2, 2007

Nymfomaan schaap

Als een schaap in de sloot raakt, dan verdrinkt het bijna meteen. Zonder enig moment haar best te doen om aan de dood te ontsnappen. Probeer je het te redden, dan beseft het beest dat totaal niet. Ondertussen staat de kudde schapen er sprakeloos omheen en ze kijken je met hun lieve blo-ogen glazig aan. Het lijkt wel of schapen het verschijnsel stupiditeit uitgevonden hebben.

Uitgerekend dit ongeëvenaarde toppunt der domheid onder de zoogdieren dient door de hele bijbel heen als metafoor om de gelovige aan te duiden. Overal wordt de gelovige met een schaap vergeleken.
Waarom laat de gelovige zich dat gebeuren, dat zij continu met het toppunt van sulligheid vergeleken wordt ? Zou het misschien zijn omdat zij diep in haar hart beseft wel een jantje onnozel te zijn om al die onbedaarlijke apekool en lariekoek ook maar één moment serieus te nemen ?

Zoveel is zeker: hoe dommer je bent, hoe gemakkelijker het valt om te geloven. In die ene god, in de liefde, in een te oude man van 55, in een te jonge vrouw van 22. Dus is die bijbelse schaapmetafoor doeltreffend, vooral ook qua kuddementaliteit van een mens. Geen 1 schaap zondert zich fier af en gaat zijn eigen weg. Misschien is die kuddementaliteit nog onuitstaanbaarder dan die verpletterende onnozelheid. Overal in de bijbel wordt die kuddementaliteit echter als een groot goed gezien."1 kudde, 1 herder", je maag draait erbij om.

Zou het feit dat jezus de gelovigen vergelijkt met schapen misschien kunnen wijzen op ironie ? Zou hij het ook onuitstaanbaar vinden dat al die gelovigen zo achter hem aansjokken en zou hij dat heel voorzichtig zo subtiel ironisch duidelijk hebben willen maken ?

Merkwaardig dat god zoveel verschillende godsdiensten heeft gecreëerd. Zoveel mannen, zoveel vrouwen, zoveel meningen, zoveel godsdienst. Om het ons een beetje moeilijk te maken ? Tot oorlog aan toe. Er is geen ander boek als de bijbel waaruit blijkt hoe weinig een leven waard is. Of de wijze waarop in de bijbel over vrouwen geschreven wordt, minderwaardig aan een ezel of schaap.